Elf tabaksfabrikanten en -groothandelaren hoeven geen boetes te betalen voor de bonussen die zij aan winkels gaven, bijvoorbeeld voor een goed zichtbare plek. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zag die bonus als verboden reclame en legde de boetes op, maar dit is dinsdag teruggedraaid door de hoogste rechter, het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb).
Het ging om tientallen boetes, van enkele duizenden euro's per stuk. Volgens het CBb heeft de staatssecretaris van Volksgezondheid "het reclameverbod te ruim uitgelegd". Daardoor is niet bewezen dat er sprake is van reclame. Het oordeel is definitief; er is geen beroep mogelijk.
De beboete bedrijven waren eerder naar de rechtbank gestapt om de straffen aan te vechten. Die gaf ze gedeeltelijk gelijk. De bonusafspraken golden volgens de rechters wel degelijk als reclame, maar de straf was te hoog. Daardoor hoefden de bedrijven maar een kwart van het oorspronkelijke bedrag te betalen. Het ministerie ging daartegen in beroep omdat het de oude boetes hersteld wilde zien. De fabrikanten vochten die uitspraak juist aan, met succes, om ook het laatste deel van de boetes van tafel te krijgen.