Het eerste zittingsblok in het hoger beroep van het omvangrijke liquidatieproces Marengo is donderdag afgerond. Twee van de veertien verdachten hadden aan de rechter gevraagd of zij uit de cel mochten, maar die verzoeken zijn afgewezen.
Op 8 mei beslist het gerechtshof over verzoeken van de advocaten, onder meer of de voorzitter kan blijven. De advocaten vrezen dat de voorzitter van het hof niet objectief genoeg naar het omvangrijke liquidatieproces kan kijken, omdat hij eerder voorzitter was van een ander megaproces, genaamd Passage. Net als in Passage speelt ook in Marengo een kroongetuige die belastende verklaringen heeft afgelegd een belangrijke rol.
De rechtbank Amsterdam heeft eind februari na zes jaar uitspraak gedaan in het monsterproces. Alle zeventien verdachten werden veroordeeld, drie van hen - Ridouan Taghi, Saïd R. en Mario R. - tot een levenslange gevangenisstraf. Nog geen zes weken later, afgelopen maandag, begon het hoger beroep al met drie dagen voorbereidende zittingen. Hierin is onder meer een voorlopige planning besproken voor het verdere verloop.
Ook vroegen twee verdachten, Zaki R. en Mohamed M., of hun hechtenis opgeheven kon worden. Zij kregen respectievelijk vijf jaar en acht maanden en vijf en een half jaar celstraf opgelegd. Het hof zei donderdag echter nog genoeg ernstige bezwaren te zien om hen voorlopig nog vast te houden.
De eerste zittingsweek in het hoger beroep verliep rustig. Waar de verhouding tussen Openbaar Ministerie en verdediging bij de rechtbank regelmatig gespannen was, merkte een van de advocaten op dat de sfeer in de zaal de afgelopen dagen prettig was. De voorzitter antwoordde grappend: "Geniet er dan nog maar even van." Een van de advocaten-generaal concludeerde: "We zullen hier niet gearmd de zaal uitlopen, maar we gaan wel op een respectvolle manier met elkaar om."