Financiële deskundigen tonen zich tegenover de Tweede Kamer eensgezind: er moet worden bijgestuurd op de begroting, om te voorkomen dat het tekort te ver oploopt. Besparen is niet alleen voor een gezond huishoudboekje van de overheid belangrijk, maar ook omdat de hoge overheidsuitgaven het tekort aan arbeidskrachten aanjaagt.
De Nederlandse economie heeft zich veerkrachtiger getoond dan verwacht, aldus de experts in een bijpraatsessie in de Tweede Kamer. Na de corona- en energiecrisis herstelde de economie zich snel. "Die zachte landing waarvan velen dachten: too good to be true, die lijken we nu wel te hebben", zei Olaf Sleijpen van De Nederlandsche Bank. Marieke Blom, hoofdeconoom van ING, sprak van een "relatief goed draaiende economie die ons heeft verrast met zijn herstelkracht".
Maar, voegden zij eraan toe, met beperkte groei in het vooruitzicht is het verder verlagen van het begrotingstekort op de middellange termijn belangrijk. Het financiële beeld "gaat verslechteren", aldus Sleijpen. De uitgaven aan zorg, defensie, sociale zekerheid en rentes stijgen sneller dan de economie. Een koerscorrectie op de begroting is dan ook noodzakelijk, stelde hij. Dat vindt ook Diederik Dicou van het Centraal Planbureau (CPB): "Dat de koers verlegd zal moeten worden, is evident."
De projecties voorspellen een tekort dat ver boven de Europese grens komt van 3 procent van het bruto binnenlands product. En in die projecties is een mogelijke recessie niet meegenomen, benadrukte Blom. Dan loopt zo'n tekort nog sneller op. "Dat betekent dat je gaat snoeien in de begroting op het moment dat het vriest", met ernstigere gevolgen voor de economie als gevolg.
Onderzoeksleider Jasper van Dijk van het Instituut voor Publieke Economie sloot zich deels aan bij de andere experts. "Bijsturen moet, maar geef geen grote ruk aan het stuur." Hij gaf de Kamerleden ter overweging mee dat het goed kan zijn voor een kabinet om te blijven investeren.
Volgens de bekende econoom en emeritus hoogleraar Lex Hoogduin is het vooral zaak dat het kabinet zich weer netjes aan de begrotingsregels gaat houden. Dat "dwingt politiek te doen waartoe ze in het leven is geroepen: keuzes te maken", en voorkomt dat de rekening bij jongere generaties belandt. Bovendien beperkt het begrotingsbeleid volgens hem de verspilling van publiek geld en zorgt het ervoor dat de overheid voldoende buffers heeft.