Demissionair staatssecretaris Vivianne Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) en spoorbeheerder ProRail zeggen aan de slag te gaan met het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) over het treinongeluk in Voorschoten. In dat rapport concludeert de OVV dat er onvoldoende aandacht is voor de veiligheid bij werk aan het spoor.
"Veiligheid concurreert nooit met het laten rijden van treinen", zegt Heijnen. "Helaas weten we niet wat er precies mis is gegaan en wat de directe oorzaak van het ongeluk is. Dat is pijnlijk, zeker ook voor de nabestaanden."
Ook spoorbeheerder ProRail noemt het "onbevredigend" dat nooit duidelijk zal worden wat er zich precies heeft afgespeeld. "Het verleden leert ons dat na een groot incident de sector een stap zet naar een verbetering in het hele veiligheidssysteem. Mede omdat de komende jaren een toename van treinkilometers wordt verwacht en er ook veel onderhoud moet gebeuren is hier ook zo'n grote stap nodig", zegt topman John Voppen.
De spoorbeheerder denkt eraan om spoormedewerkers "meer grip" te geven op hun eigen veiligheid. Zo wordt onderzocht of medewerkers kunnen worden uitgerust met technologische hulpmiddelen als gps-tracking en 'virtual reality'. Ze zouden op die manier moeten kunnen zien welk spoor wel en niet in gebruik is.
De aanbeveling van de OVV om duidelijker aan spoormedewerkers kenbaar te maken dat een spoor gewoon in gebruik is, zegt ProRail over te nemen. Werk in de nacht blijft volgens de spoorbeheerder noodzakelijk, ondanks kritiek daarop van de OVV. "Toch blijft nachtwerk noodzakelijk, mede omdat we de komende jaren meer onderhoudswerkzaamheden dan ooit uitvoeren om het spoor veilig te houden."
Bij het spoorwegongeval in Voorschoten stak een kraan tijdens geplande werkzaamheden het spoor over. De kraan werd aangereden door een goederentrein en vervolgens een intercity. De kraanmachinist kwam bij het ongeval om het leven, zo'n dertig reizigers raakten gewond.