Het racecircuit in Zandvoort moet van de provincie Noord-Holland maatregelen treffen om de natuur niet verder te verslechteren. Zo mag de stikstofuitstoot die het circuit elk jaar veroorzaakt niet groter zijn dan in de natuurvergunning uit 2019. Verder moet het circuit jaarlijks rapporteren over de daadwerkelijke uitstoot.
De natuurvergunning die Noord-Holland verleende was niet nodig, oordeelde de Raad van State vorig jaar over een zaak die natuur- en milieuorganisaties hadden aangespannen. De rechter liet de bestaande natuurvergunning wel in stand. Daardoor bleef het circuit gebonden aan een maximum aan stikstofuitstoot om de omliggende natuur te beschermen: niet meer dan 6124 kilo stikstof per jaar.
Op basis van vergunningen en ontheffingen kon het circuit de baan al aanpassen en Formule 1-races organiseren. De Raad van State gaf de provincie echter de opdracht na te denken over de ontstane "rechtsonzekere" situatie. Het circuit zou anders mogelijk kunnen terugvallen op de veel ruimere vergunningen uit 1997, 2011 en 2015.
De provincie stelt daarom nu alsnog nadere voorwaarden aan de activiteiten in het Zandvoortse duingebied. De vergunning wordt elke drie jaar geëvalueerd. De rapportages van het circuit over de uitstoot worden gecontroleerd door de Omgevingsdienst. Op basis daarvan bepaalt de provincie of de toegestane uitstoot moet worden bijgesteld.
Belanghebbenden kunnen de komende weken nog reageren op het besluit. De Omgevingsdienst verwerkt die, waarna een definitief besluit volgt.