Regeringspartijen CDA en ChristenUnie willen toch dat een onafhankelijke commissie onderzoek gaat doen naar de hulp aan rebellen in Syrië. Minister Stef Blok (Buitenlandse Zaken) herhaalde woensdag in de Tweede Kamer tegen zo'n onderzoek te zijn.
Het Nederlandse kabinet steunde tussen 2015 en 2018 zogenoemde 'gematigde' Syrische rebellen die vochten tegen president Bashar al-Assad. Die steun had breed draagvlak in de Kamer. Maar later bleek uit onderzoek van Trouw en Nieuwsuur dat de spullen (niet wapens) ook bij jihadisten terecht kwamen.
De partijen vinden onafhankelijk onderzoek nodig zodat ze lessen kunnen trekken voor de toekomst. Verder vinden ze dat er nog veel vragen over het steunprogramma zijn. Daarom willen de partijen toch een extern onderzoek, zei Martijn van Helvert van het CDA.
Blok gaat niet mee met het verzoek. "Het voegt niets toe", zei hij. Volgens hem heeft de Kamer al inzage gehad in de vertrouwelijke stukken en kan het spanningen opleveren bij bondgenoten. Zij zullen "ongemakkelijk reageren" als zij door de onderzoekscommissie worden bevraagd.
Van Helvert zei dat de Kamer nog niet alle vertrouwelijke documenten heeft gezien. Er zijn bijvoorbeeld nog vragen over het politieke en ambtelijke besluitvormingsproces. Hij wees er ook op dat een onafhankelijke commissie onderzoek doet bij andere "gevoelige dossiers" zoals het Nederlandse bombardement op de Iraakse stad Hawija.
De minister wil het programma in de "doofpot stoppen", verklaarde Sadet Karabulut van de SP. Zij wil weten of met de hulp, het ging onder meer om pick-uptrucks, computers en nachtkijkers, het internationaal recht is geschonden. Daarom moet een commissie feitenonderzoek gaan doen, zei Karabulut.
De motie van het CDA krijgt steun van de ChristenUnie, SP, Krol, Van Haga, Forum voor Democratie, Partij voor de Dieren en DENK.