Stichting Vluchteling maakt een kwart miljoen euro vrij om de slachtoffers van de overstromingen in Libië te helpen. De hulporganisatie heeft die beslissing genomen na overleg met partnerorganisaties in het zwaar getroffen Noord-Afrikaanse land. Het geld komt bovenop de inzamelingsactie die Stichting Vluchteling dinsdag is begonnen en die tot dusver 65.000 euro heeft opgeleverd.
De ramp is zo groot dat extra geld nodig is, zegt Benoit de Gryse van Stichting Vluchteling. Het bedrag is volgens hem gebaseerd op ervaringen met eerdere overstromingen, zoals die in Pakistan in 2020. Het geld is bedoeld om mensen te helpen met schoon drinkwater, voedsel, onderdak en basisbehoeften als sanitaire middelen en kookgerei. Ook wordt gekeken naar medische hulp, waarbij het niet alleen om eerste hulp gaat, maar bijvoorbeeld ook om behandeling van chronisch zieken.
Volgens De Gryse verbetert de communicatie met de getroffen gebieden langzaam, maar is nog veel onduidelijk. "Zo wachten we op informatie of ziekenhuizen nog functioneren. Of ze voldoende medicatie hebben en of die snel kan worden aangevuld", zegt hij. Daarnaast bestaat er het risico dat epidemieën uitbreken, zoals cholera. "Daarom zijn schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen ook zo belangrijk."
De hulpverlening wordt verder bemoeilijkt doordat Libië politiek is verdeeld en twee regeringen heeft, een in het oosten in Benghazi en een in het westen in Tripoli. "Wat wij horen is dat de humanitaire hulpverlening vanuit Benghazi wel loopt, maar dat het voor organisaties die vanuit Tripoli werken lastiger is. Het zou goed zijn als de twee overheden samenwerken."
Door de overstromingen zijn volgens het Oost-Libische ministerie van Binnenlandse Zaken in de stad Derna, in het noordoosten, zeker 5300 mensen omgekomen. De kuststad is deels weggevaagd, nadat dammen in de omgeving waren doorgebroken. De Libische Rode Halve Maan, een zusterorganisatie van het Rode Kruis, schat dat 20.000 mensen door het noodweer ontheemd zijn geraakt.