De Europese Commissie heeft Nederland om opheldering gevraagd over het gebrekkige toezicht op wat vissers met hun bijvangst doen. Dat is de eerste stap in een strafprocedure die Nederland voor de Europese rechter kan brengen.
Nederland verzuimt goed te controleren of vissers hun bijvangst niet teruggooien maar aan land brengen, stelt de commissie. Dat laatste is verplicht, maar het is voor vissers soms toch aantrekkelijk vis die ondermaats is of van de verkeerde soort overboord te zetten. Ze verdienen er niets aan en zo telt de bijvangst niet mee voor hun quota. Maar de teruggegooide vis overleeft vaak niet.
Ook het toezicht in België en Ierland op de zogeheten aanlandplicht schiet tekort, constateert de commissie. De drie landen krijgen twee maanden om tekst en uitleg te verschaffen. Doen ze dat niet of stelt de uitleg de commissie niet gerust, dan kan zij de landen in gebreke stellen. Als ook dat ze niet tot inkeer brengt, kan de commissie naar het Europees Hof van Justitie stappen. Dat kan bij uitblijvende medewerking bijvoorbeeld een boete opleggen.