De fusie tussen verzekeraar Aegon en pensioenverzekeraar Optas is geldig. Dat heeft het gerechtshof in Den Haag dinsdag bepaald in een zaak die drie gepensioneerden met een verzekering bij Optas hadden aangespannen. Volgens hen behoort het vermogen van Optas, dat na de fusie werd toegevoegd aan dat van Aegon, toe aan de pensioenen van Optas-verzekerden.
Centraal in de kwestie staan de pensioenen van (oud-)medewerkers van de haven van Rotterdam. Aegon nam Optas in 2007 over en kondigde in 2018 aan dat de hele portefeuille ter waarde van 2,5 miljard euro zou overgaan in Aegon Levensverzekeringen. Polishouders kwamen daartegen in verzet in meerdere rechtszaken en stelden financieel benadeeld te worden. Zo was Optas vrijgesteld van bepaalde belastingen, maar Aegon Levensverzekeringen niet. Dat is nadelig voor de beleggingsopbrengsten van havenwerkers die via beleggingen pensioen opbouwen.
Het Haagse hof ziet dat echter anders en stelt dat de aanspraken op het pensioen door de fusie "niet zijn aangetast, gewijzigd of verloren gegaan". Zij kunnen daarvoor bij Aegon terecht "omdat door de fusie alle rechten en verplichtingen van Optas Pensioenen zijn overgegaan op Aegon", aldus de uitspraak.
De eisende partijen beweerden ook dat de fusie ongeldig was omdat de verplichte instemming van De Nederlandsche Bank (DNB) ontbrak. Oorspronkelijk was die instemming er wel, maar vorig jaar heeft de rechtbank in Rotterdam die vernietigd. Volgens het gerechtshof heeft dit echter geen gevolgen voor de geldigheid van de fusie.