De inflatie in het Verenigd Koninkrijk zal volgend jaar naar verwachting flink oplopen. Het relatieve hoge prijsniveau blijft volgens de Bank of England van tijdelijke aard, maar op den duur zal een "bescheiden verkrapping" van het monetaire beleid waarschijnlijk wel nodig zijn.
Dit volgt uit het nieuwe rentebesluit van de Britse centrale bank. Nu wordt de rente nog niet verhoogd en andere steunmaatregelen blijven eveneens intact. Maar er leven wel zorgen. Volgens een verklaring is het besluit niet helemaal unaniem genomen. Een van de bestuurders was zodanig bezorgd over de oplopende inflatie dat hij het liefst zag dat de monetaire steun zo snel mogelijk al wat teruggebracht zou worden.
De Britse inflatie steeg in juni tot 2,5 procent en dat is boven het langetermijndoel van 2 procent. En daar blijft het niet bij. Waarschijnlijk wordt volgend jaar een piek bereikt rond de 4 procent. Wat meespeelt is dat de inflatie de laatste tijd sterk wordt opgedreven door de sterk gestegen olieprijzen. Ook de prijzen van grondstoffen en halffabricaten zoals bouwmaterialen zijn opgelopen als gevolg van tijdelijke productietekorten, en die hogere prijzen kunnen ook nog doorberekend worden aan klanten.
Een te hoge inflatie kan het herstel van de economie in de weg zitten, vandaar dat de centrale bankiers hier scherp op letten. Toch werd op de financiële markten over het algemeen nog niet op een aanpassing van het monetaire beleid gerekend. Het rentebesluit komt dan ook niet als een verrassing.
Economen van ING schatten in dat de Bank of England begin 2023 de rente wat gaat opschroeven, mogelijk iets eerder. Later dat jaar zal de centrale bank, zoals het er nu naar uitziet, een begin maken met de afbouw van het obligatie-opkoopprogramma, zo verwachten de kenners.