De Verenigde Staten willen dat werkgroepen uit de G7-landen manieren onderzoeken om beslag te kunnen leggen op 300 miljard dollar aan bevroren Russische tegoeden. Dat meldt de Britse zakenkrant Financial Times donderdag.
De Amerikanen, die worden gesteund door het Verenigd Koninkrijk, Japan en Canada, hebben voorgesteld om verder te gaan met het voorbereidende werk. De G7-leiders zouden de opties dan kunnen bespreken tijdens een mogelijke bijeenkomst rond 24 februari, aldus de krant. De datum 24 februari is van belang omdat Rusland op die dag in 2022 Oekraïne binnenviel.
Volgens ingewijden is het onderwerp deze maand al besproken door zowel de ministers van Financiën van de G7 als hun plaatsvervangers. De door Washington voorgestelde werkgroepen zouden de juridische kwesties rond confiscatie van de bevroren Russische tegoeden onderzoeken en de wijze waarop een dergelijk beleid wordt toegepast en de risico's worden beperkt. Ook onderzoeken ze de opties voor de beste manier om de steun aan Oekraïne te organiseren.
Het in beslag nemen van Russische bezittingen in het buitenland ligt echter gevoelig in Europa. Duitsland, Frankrijk, Italië en de Europese Unie hebben al bedenkingen geuit over de noodzaak en de wettigheid ervan.
De VS verspreidden eerder dit jaar een interne discussienota binnen de G7 waarin werd gesuggereerd dat inbeslagname van de bevroren tegoeden van Moskou wettig zou zijn als "een tegenmaatregel om Rusland ertoe te brengen zijn agressie te beëindigen". Maar Europa, waar het merendeel van de bevroren Russische activa in handen is, is veel behoedzamer. Dit uit angst voor de mogelijke gevolgen voor de financiële stabiliteit en voor vergeldingsacties van Rusland.
Rusland heeft ook gewaarschuwd dat het de diplomatieke betrekkingen met de VS zal stopzetten als reactie op de inbeslagname van de buitenlandse tegoeden. Ook vrezen sommige landen dat het debat over de inbeslagname van de Russische tegoeden impliceert dat er een alternatief is voor de financieringspakketten voor Oekraïne. Die dreigen stil te vallen door oppositie in het Amerikaanse Congres en door de weigering van Hongarije om een EU-deal te steunen.