Shell doet een afschrijving van 600 miljoen tot 1 miljard dollar op zijn nieuwe biobrandstoffabriek in Rotterdam. Shell maakte eerder deze week nog bekend de bouw van die fabriek tijdelijk te stoppen om naar manieren te zoeken om de kosten van het project te verlagen.
De pauze moet het bedrijf de ruimte geven om in te schatten wat commercieel gezien de beste weg voorwaarts is voor het project. Met de fabriek, die wordt gebouwd bij Shell Energy and Chemicals Park bij Pernis, wilde Shell 820.000 ton duurzame vliegtuigbrandstof en hernieuwbare diesel per jaar gaan maken. Daarmee zou het project ook bijdragen aan de verduurzaming bij Shell.
Maar de marktomstandigheden vallen momenteel tegen. Op de markt voor biobrandstoffen lijkt zelfs sprake van overcapaciteit. Ook branchegenoot BP schroefde recent plannen voor de productie van biobrandstoffen terug.
Ook zet Shell een afwaardering in de boeken van 600 miljoen tot 800 miljoen dollar op zijn grote olieraffinaderij en petrochemisch park in Singapore. Shell maakte in mei bekend die bezittingen te verkopen aan een bedrijvenconsortium dat bestaat uit het Indonesische Chandra Asri Group en grondstoffenhandelaar Glencore.
Verder meldde Shell in een voorlopige update dat de resultaten bij de gashandel in het afgelopen kwartaal in lijn liggen met vorig jaar, maar wel lager zijn dan in het eerste kwartaal van dit jaar door seizoenseffecten. Het bedrijf komt op 1 augustus met volledige kwartaalcijfers.