Tadej Pogacar heeft ook de twintigste en voorlaatste etappe van de Tour de France gewonnen. Het was een bergrit met aankomst op de Col de la Couillole. De Sloveen van UAE Team Emirates boekte zijn vijfde ritzege door zijn Deense rivaal Jonas Vingegaard in een sprint bergop te verslaan.
Vingegaard won wel 52 seconden op de Belg Remco Evenepoel, de nummer 3 van het klassement.
Met alleen nog een individuele tijdrit van Monaco naar Nice is Pogacar vrijwel zeker van de eindzege. Daarmee wordt hij de eerste renner sinds de Italiaan Marco Pantani in 1998 die in één jaar zowel de Giro d'Italia als de Tour wint. Vingegaard is tweede op 5.14, Evenepoel volgt op 8.04.
Op de eerste klim van de dag ontstond een kopgroep van drie renners. Wilco Kelderman, vrijdag ook al lang voorop, de Fransman Bruno Armirail en de Spanjaard Enric Mas gingen op avontuur in de bergen boven startplaats Nice. De voorsprong werd niet veel groter dan een minuut.
Richting Col de Turini sloot een groep renners, onder wie de Ecuadoraan Richard Carapaz als leider van het bergklassement, aan bij de drie koplopers. Kelderman kreeg met de Sloveen Jan Tratnik een ploeggenoot mee. Ook de Spanjaard Marc Soler en de Fransman Romain Bardet waren mee. Het peloton, met Pogacar, vond het goed. Nog drie renners, onder wie de Belg Jasper Stuyven, sloten aan.
Met een voorsprong van ongeveer drie minuten op de groep-Pogacar begon het tiental aan de voorlaatste klim, Col de la Colmiane. Carapaz kwam daar als eerste boven en pakte zo de eindzege in het bergklassement, waarna met diezelfde marge aan de slotklim werd begonnen. Tratnik had veel kopwerk gedaan. Daarna moest Kelderman het alleen doen. Hij zag Mas en Carapaz als eersten aanvallen, met de groep Pogacar op 2.15.
Maar de voorsprong op de groep favorieten liep snel terug. De Spanjaard Mikel Landa, ploeggenoot van Evenepoel, voerde het tempo aan. De Belg probeerde weg te rijden bij Pogacar en Vingegaard. Pogacar was de laatste vijf kilometer de enige met een helper, de Portugees João Almeida. Evenepoel viel nogmaals aan, gevolgd door Vingegaard die alleen Pogacar mee zag glippen.
Het illustere tweetal achterhaalde 2,5 kilometer onder de top de twee koplopers en sprintte om de dagzege. Die was opnieuw voor Pogacar.